maandag 25 februari 2013

Een opvallende ontzameling: Foto zoekt familie

Stel, je hebt als museum in je collectie een verzameling verweesde (tweedimensionale) werken, waarvan de context onduidelijk is. Dan kan je daar een paar dingen mee doen: negeren, zo goed en zo kwaad mogelijk ontsluiten en gebruiken of actief ontzamelen en daarmee de ontsluitings- en digitaliseringskosten betalen.



Met het project Foto zoekt Familie willen het Tropenmuseum en de bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen de rechtmatige eigenaren van 335 fotoalbums uit voormalig Nederlands-Indië terugvinden.

Herkomst
De familiealbums bleven in Indonesië achter toen duizenden Indische Nederlands het land verlieten tijdens de Nederlandse strijd tegen de Indonesische onafhankelijkheid tussen 1945 en 1949. Militairen en Rode Kruis-medewerkers verzamelden de albums en in 1948 werden ruim duizend van deze albums afgeleverd bij het Tropenmuseum.

Op kijkdagen vonden veel families hun albums weer terug, maar van 335 albums is de rechtmatige eigenaar nog altijd spoorloos. Dankzij donateurs is voldoende geld geworven om alle albums te digitaliseren en op deze website te presenteren.

Het is een interessant project: het gaat over ontzamelen (altijd gedoe, §2.6), over digitaliseren van cultuurhistorisch materiaal en over het repatriëren van objecten.

Dat laatste zal hier doorslaggevend zijn. Het Tropenmuseum ziet zichzelf als 'houder' van de albums en dus niet als eigenaar (zie blz. 31 van de LAMO). De eerder gehouden kijkdagen wijzen ook in deze richting en eigenlijk is de Foto zoekt Familie website een doorlopende kijkdag.

Digitalisering
Het Tropenmuseum slaat hiermee twee vliegen in een klap. Het probeert op een sympatieke manier deze albums te retourneren aan de rechthebbenden en zorgt tegelijkertijd voor het behoud van (informatie over) het object voor het publiek.

Door het belangeloze teruggeven als argument voor digitalisering te gebruiken, kon op een succesvolle manier aan fondsenwerving worden gedaan.

Natuurlijk is er geen onderzoek meer mogelijk naar de materiale staat van het origineel, dus een deel van de informatie is verloren gegaan (voor de publieksfunctie van het museum; het origineel is uiteraard wel voorhanden bij de eigenaar), maar de belangrijkste informatie is door middel van een visuele reproductie (het digitale plaatje) beschikbaar gebleven. Iedereen kan de foto's bekijken en er onderzoek naar doen.

En archieven?
De ontzamel-discussie bereikt zo nu en dan ook de archiefwereld, vaak naar aanleiding van gebrek aan depotruimte en de constatering dat bepaalde archieven (op dit moment) niet of nauwelijks geraadpleegd worden.

Over het algemeen distantiëren archivarissen in Nederland zich op dit punt uitdrukkelijk van de museumwereld: ontzamelen is not done. De (overigens vaak terechte) argumentatie loopt uiteen van een verbod, afgeleid uit de Archiefwet en de Beroepscode voor Archivarissen tot het uitgangspunt dat archief geen kunst is en alleen in zijn context waarde heeft. Archief als object op zich mag geen handelsgoed zijn.

Archivarissen proberen deze regel ook zo veel mogelijk in omgekeerde richting van kracht te laten zijn: een archiefdienst zal niet (snel) betalen voor het verkrijgen van een archief of archiefstuk. Uitgangspunt is om de handel in archieven zo veel mogelijk te ontmoedigen. Overheidsarchieven mogen nooit verhandeld worden. Overtredingen kunnen gemeld worden bij onder andere de Erfgoedinspectie, sectie Archieven. Vaak is er dan sprake van diefstal.

Handel in archiefstukken wordt overigens niet in alle kringen altijd als fout gezien. Een mooi voorbeeld is de discussie in de Eerste Kamer naar aanleiding van de behandeling van de Archiefwet 1960. Er is een meningsverschil tussen de Staatssecretaris Scholten en het KVP-Kamerlid Van Meeuwen over het nut van handel in archiefstukken. Daarbij stelt Van Meeuwen:
In ieder geval heeft men die verzamelaars van oude stukken altijd ongemoeid gelaten en ik krijg dus de indruk, dat daardoor toch wel het vertrouwen is gewekt, dat men deze stukken rustig kon kopen.

De handel, die er bestaat in archiefstukken, is zelfs internationaal. Men heeft mij verteld dat in België en misschien ook in Frankrijk een vertegenwoordiger van het archiefwezen gewoonlijk aanwezig is op de veilingen van dergelijke stukken en dat daar de regel bestaat, dat na het uitbrengen van het hoogste bod, dus nadat de hamer is gevallen, deze vertegenwoordiger het recht heeft, de stukken voor de hoogst geboden prijs te kopen voor de Staat.
 
Die handel in archiefstukken is ook nuttig. Het verhaal doet de ronde, dat een Nederlandse diplomaat enkele jaren geleden, wandelend door New York, bij een handelaar een pak hoogst belangrijke Nederlandse documenten, handelend over de grensscheiding met België, aantrof. Hij heeft ze met eigen geld gekocht en ten geschenke gegeven aan het Rijksarchief. Zou er geen handel in archiefbescheiden bestaan, dan waren deze stukken ongetwijfeld verloren gegaan.

Men vangt nu eenmaal meer vliegen met honing dan met azijn. Ik ben bang, dat de Staatssecretaris de wijsheid van dit spreekwoord vergeet.
Ontzamelen of vervreemden?
Zou de verzameling foto-albums van het Tropenmuseum ook ontzameld zijn als ze bij een archiefdienst waren ingeleverd? Zeker weten doe ik het niet, maar het zou me verbazen. Ik kan me zelfs voorstellen dat ze bij het archief van het Rode Kruis of Defensie gevoegd waren, omdat ze 'ontvangen' (verzameld) zijn uit hoofde van een functie.

Aan de andere kant zijn er regels voor het vervreemden van archieven. Vervreemding is de overdracht van de eigendom door de zorgdrager aan een andere zorgdrager of een natuurlijk of rechtspersoon van archiefbescheiden.

Ik kan mij voorstellen dat hier geldt dat de archiefstukken (de albums, dus) met een beetje duwen en trekken onder deze zouden kunnen vallen.

Geen opmerkingen: